De cijfers geven volgens de NVM aan dat er steeds minder doorstroming
plaatsvindt op de Nederlandse koopwoningmarkt. "Per jaar komt nu één op de
twintig koopwoningen in Nederland vrij voor de verkoop.
Voor woningzoekenden is dus steeds minder aanbod beschikbaar, ook al omdat het
aanbod van nieuwbouwwoningen achterblijft bij de vraag" aldus de NVM.
De beperkte doorstroming geldt met name voor eensgezinswoningen.
Appartementen worden gemiddeld één keer in de acht jaar doorverkocht. Uit
cijfers blijkt dat appartementen in Vlaardingen en Arnhem het snelst van
eigenaar wisselen: één keer in de acht jaar. In Amsterdam worden jaarlijks
gemiddeld de meeste woningen verkocht.
Volgens een woordvoerder van de NVM willen mensen vaak wel verhuizen, maar
kunnen zij dat niet. ,,Omdat er te weinig huizen beschikbaar zijn, kost een
volgende woning mensen vaak een paar ton meer. Dat is een gigantische
investering.” De NVM is een warm pleitbezorger voor de bouw van meer huizen.
Verder noemt de NVM de overdrachtsbelasting als drempel om een andere
woning te kopen. ,,Deze is toch 6 procent. Dat tikt aan op huizen met
prijzen van twee of drie ton”, aldus de woordvoerder. De ‘kosten koper’ is
bij de verkoop van een woning de grootste kostenpost.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl